Jurriaan Andriessen – de radiojaren

Op 17 mei vond een bijzondere gebeurtenis plaats: in het VPRO-tv-programma Vrije Geluiden stond een hoorspel centraal. Het was De prins die de hik had, uitgezonden door de KRO-radio in 1947. De tekst werd ‘naar een Engelsch sprookje van Anthony Armstrong voor de microfoon vrij bewerkt door Alexander Pola’.  En de muziek werd gecomponeerd door de 21-jarige Jurriaan Andriessen!

Het Ad Hik Orkest
Verteller Steven Joles met het Ad Hik Orkest o.l.v. Jeroen Wentel
foto: Charlotte Sienema

Andriessen voltooide de partituur op 27 januari, en een week later, op maandag 3 februari werd de opname gemaakt. De bezetting: fluit, hobo, klarinet, fagot, trompet, slagwerk, viool, altviool, cello en piano. Regisseur was Herbert Perquin. Een selectie uit de muziek werd in de uitzending gespeeld door een speciaal samengesteld ensemble, terwijl een acteur de verbindende tekst voor zijn rekening nam. Het bleek levendige, beeldende muziek, die de geestige tekst goed liet uitkomen.

Het is weinig bekend dat de muziek bij honderden hoorspelen die de Nederlandse omroepen vanaf de jaren 1930 hebben uitgezonden is geschreven door componisten die zich meestal bezighielden met ‘klassieke muziek’ voor concertgebruik. Nog minder bekend is dat de bladmuziek van veel van deze ‘klassieke hoorspelmuziek’ is bewaard in de (sinds 1 augustus 2013 gesloten) Muziekbibliotheek van de Omroep in Hilversum. Hier werden na de opname de gebruikte bladmuziek en soms ook het script opgeborgen. Het betreft ongepubliceerd, dus uniek materiaal. De titels zijn nauwelijks terug te vinden in de ‘officiële’ werkenlijsten.

Jurriaan Andriessen (1925-1996) schreef muziek bij ca. 20 hoorspelen. In zijn conservatoriumjaren schreef hij al enkele stukken die hun weg naar het podium vonden, en kort na de Tweede Wereldoorlog kreeg hij zijn eerste opdracht bij ‘de radio’. In de jaren ’50 componeerde hij onder meer voor de KRO-kinderrubriek De Wigwam stukjes die hij uitvoerde met een ensemble van fluit, hobo, klarinet, fagot en harp, het Wigwamorkest genaamd. Ook was hij muzikaal leider van o.a. de ensembles Molte Corde, Ritme en Rijm en de Disco’s. In diezelfde jaren was hij in Hilversum ook actief als jazzpianist, onder de naam Lesley Cool, meestal in comboverband, met gitaar, bas en slagwerk.

Naast hoorspelmuziek schreef Andriessen – in opdracht van de Nederlandse Radio Unie – twee grote werken die speciaal voor radio-uitvoering bestemd waren: De Bremer Stadsmuzikanten op tekst van Hélène Nolthenius en de opera Perdita op een libretto van Tom Bouws. In totaal zijn ca. 50 handgeschreven composities van zijn hand in de collectie te vinden. Dit aantal betreft alleen de ‘klassieke’ stukken van zijn hand; naar schatting tussen de 100 en 200 titels in de collectie bevatten muziek die hij voor radioprogramma’s schreef/arrangeerde op het gebied van de lichte muziek en de jazz. Andriessen is altijd veel ‘toegepaste’ ofwel ‘gebruiksmuziek’ blijven schrijven. Zo componeerde hij ook veel toneelmuziek (vooral voor de Haagse Comedie). Hij regisseerde verder vele televisieconcerten.

Wie een indruk van zijn grote veelzijdigheid en productiviteit wil krijgen kan zijn naam intikken op het zoekscherm van muziekschatten.nl (de website met bijna 5000 gedigitaliseerde werken uit de collectie van de Omroepmuziekbibliotheek). Hier is o.a. de Missa Deo gratias voor koor en orkest te vinden, maar ook Arbeid en Christendom, (orkest)muziek bij een klankbeeld van Tom Bouws (1957), De Droom van Gerontius (1955, hoorspelmuziek voor koor en orkest), de Wilhelmus-Fantasie Een Prince van Oraengien voor 2 ‘kopergroepen’ met slagwerk, koor en orkest (gecomponeerd in opdracht van de NOS ter gelegenheid van het 25-jarig regeringsjubileum van Koningin Juliana in 1973), een Intrada voor 21 koperblazers, Variaties voor piano over Zie ginds komt de stoomboot (1951) èn de opera Kalchas, voor 3 mannenstemmen en orkest, naar een toneelstuk van Tsjechow (1959).

Nu is gebleken dat hoorspelmuziek ook los kan staan van de oorspronkelijke radio-omgeving mogen hopelijk meer stukken in de Omroepmuziekcollectie een tweede leven verwachten. Titels als Doornroosje (tekst Dico van der Meer, muziek Klaas van Beeck), Assepoes van Hugo Godron en De stem van de jeugd (t. Michel van der Plas, m. Ton de Leeuw) prikkelen in elk geval de nieuwsgierigheid.